De mail die ik van mijn hoofdredactrice kreeg:
Beste medewerkers,
Vlabin-VBC vzw, de overkoepelende organisatie die onder meer de tijdschriften De Leeswolf en De Leeswelp, en de online recensiedatabank uitgeeft, heeft laten weten dat ze haar werking stopzet. De vzw gaat in vereffening, wat op hetzelfde neerkomt als een faillissement.
De gevolgen hiervan zijn drastisch. Met ingang van 1 december maakt de redactie geen deel meer uit van het personeel en kan jaargang 2014 van de tijdschriften niet meer afgerond worden. Het laatste nummer van De Leeswolf en De Leeswelp zal niet meer verschijnen. Het is ook voor ons niet duidelijk hoe de zaken verder afgewikkeld zullen worden. De officiële communicatie daarover zal door Vlabin-VBC gebeuren, maar het leek ons niet meer dan correct om jullie persoonlijk op de hoogte te brengen.
Hiermee eindigt op een erg rauwe manier een samenwerking die voor velen onder jullie zeer intens was en meer dan 20 jaar teruggaat. Dat de spijt hierover groot is, hoeft allicht geen betoog. Wij bezinnen ons in de komende tijd over de mogelijkheden om op een kleinere schaal de tijdschriftwerking voort te zetten.
Voor nu rest ons alleen nog jullie van harte te danken voor de jarenlange, mooie samenwerking. Wij hopen dat het niet daarbij moet blijven.
De e-mailadressen van de redactie zijn niet meer in gebruik. Vlabin-VBC heeft beloofd jullie een contactadres te bezorgen. Voor dringende zaken lijkt het ons het beste om Jan Geeraerts, directeur van de organisatie, te contacteren.
Hartelijke groet,
De redacties van De Leeswolf-De Leeswelp
An-Sofie Bessemans
Kyra Fastenau
Jen de Groeve
Gerrit Spilthoorn
Karen Vandyck
Kris van Zeghbroeck
Tien minuten later was haar e-mail adres al effectief afgesloten. Ik beeld me graag in dat ze, net als in the Pelican Brief, nog snel een laatste mail buitenkreeg, voor de mannen met zonnebrillen en zwarte jassen de stekker van haar computer uit trokken.
Een kanttekening in de annalen van de geschiedenis maar toch een blauwe plek op vele harten, waaronder het mijne.