Jacques Martin draaide erg lang mee als scenarist, tekenaar
en colorist voor zijn dood in januari 2010. Als aanhanger van de Brusselse
school en oudgediende van Studio Hergé heeft hij een sterke indruk nagelaten op
het medium, niet in het minst door zijn aandacht voor detail en geschiedenis.
Martins populairste geesteskinderen: Alex ( een reeks die zich in de klassieke
oudheid afspeelt) en Lefranc (de reeks rond de journalist Guy Lefranc die met
zijn sidekick Jean-Jean allerhande avonturen beleeft en dat zich in de moderne
tijd afspeelt) zijn daar beiden mooie voorbeelden van. De Atlantische muur kan gezien worden als een voorstudie om Lefrancs nieuwe avontuur Kinderen van de Bunker (Casterman, 2011)
voor te bereiden en lijkt nog het meeste
op een journalistiek document. Met
Reportages van Lefranc als ondertitel dekt de vlag de lading. Het voorwoord
van historicus Rémy Desquesnes, expert inzake hedendaagse geschiedenis met een
waslijst van gepubliceerd werk over Wereldoorlog II zet meteen de toon. In een zeer
vlotte stijl schetst Desquesnes de gebeurtenissen die geleid hebben tot de bouw
van Hitlers Atlantikwal om de
deur te openen naar de zeer goed onderbouwde tekst van researchers Olivier
Pierson en Isabelle Bournier. De
reportage (bij gebrek aan een betere omschrijving) is opgemaakt als een echte
chronologie van de gebeurtenissen in de vooravond van de tweede wereldoorlog en
verhaalt het ontwerp, de bouw en de uiteindelijke val van de Atlantische
muur. De eerste pagina’s na het
voorwoord zijn nogal steriel en doen sterk denken aan de geschiedenisboeken die
men in het secundair al eens placht te gebruiken: zwart/wit foto’s, landkaartjes
en grote zware blokken tekst. Maar dat duurt helemaal niet lang: op pagina
6&7 vindt de geduldige lezer de eerste prent van Olivier Weinberg, een
relatief nieuw talent in de stal van Uitgeverij Casterman. Weinberg beheerst zijn kunst: dwarsdoorsneden
van kazematten, schematische weergaven van de bouwwerven van de Organisation Todt (p16,26,27), hij lijkt er plezier
in te hebben. Op de paginagrote prenten slaagt hij erin om de schaal van de
gebeurtenissen tijdens WO II weer te geven en een beeld te schetsen van het
immense werk van de dwangarbeiders of de angst van de soldaten aan beide kanten
op Omaha Beach (p42&43). Een aanrader voor zowel geschiedenis- als
stripliefhebbers.
Kwalitatieve beoordeling: ***
Moeilijkheidsgraad: II vraagt inspanning
De Republiek – Echelon
Het is een hele tijd geleden sinds Le Gall en Frisco’s
laatste worp Immuniteit in de rekken lag, maar het duo is het nog niet
verleerd. De republiek is een
politieke thriller pur sang: de Franse president Edouard Montfaure wordt in het
nauw gedreven door zijn vurigste tegenstander: oppositieleider Constant Kérel.
Kérel is in een vorige editie naar buiten gekomen met het nieuws dat Montfaure
een moord pleegde voor hij de trappen van het Élysée besteeg en met het oog op
de nakende presidentsverkiezingen kan Montfaure dit natuurlijk missen als
kiespijn. Kérels pogingen om de president door het hoog gerechtshof officieel
te laten afzetten zorgt voor een stevige dynamiek tussen de beide personages
met het presidentschap als inzet. De twee
kemphanen voeren een verbeten strijd om de publieke opinie en Montfaure is niet
te beroerd om de agenda van de geheime
P416 groepering te gebruiken voor zijn eigen gewin. De groepering plant een aanslag op de
Amerikaanse president tijdens een internationaal congres rond milieu en tracht
tegelijkertijd Kérel zwart te maken door stukken van zijn verleden op te
rakelen. Het vervolg is een wervelwind van intriges en politiek gekonkelfoes
waar geen duidelijke winnaars of verliezer zullen uitkomen. Een mooie cliffhanger zet de deur open voor
het voorlaatste deel in deze cyclus. Remy Le Gall is een verdienstelijke
scenarist en dankzij zijn ervaring als industrieel lobbyist geeft hij de lezer
in Echelon een wel erg plausibele kijk
op het reilen en zeilen in het Élysée,
het summum van de Franse politiek. Le Gall omschrijft De Republiek zelf als: een
5-delig mandaat in realistische politieke
fictie. Die omschrijving is tekenend voor Le Galls woordgebruik en de
manier waarop hij het verhaal vorm geeft. Echelon is geen gemakkelijk leesvoer:
de grote blokken tekst drukken Frisco’s tekeningen helemaal weg en geven de
indruk dat je een erg uitgebreid geïllustreerde politieke roman aan het lezen
bent. Dit gebrek aan ruimte lijkt er voor te zorgen dat Frisco’s tekeningen
soms geforceerd aandoen( p27,33). Terwijl het duidelijk is dat de mysterieuze
tekenaar, die volgens zijn uitgeverij Casterman onder verscheidene pseudoniemen
en tekenstijlen opereert, erg getalenteerd is (p24 &25: cour d’honneur en de senaat). De
opzet van De Republiek maakt dat nieuwe lezers het erg moeilijk zullen hebben
om de reeks bij Echelon op te pikken,
zelfs fans van het genre én van de serie zullen de vorige edities nog even
moeten doorbladeren om zich opnieuw vertrouwd te maken met Kérel, Montfaure en
de knappe Cavendish. Een brok voor zowel doorwinterde stripliefhebber als de
politiek journalisten!
Kwalitatief: **** zeer goed
Moeilijkheidsgraad: III moeilijk, voor specialisten