De meute is oud geworden. Heer Griffioen en zijn huurlingen
zijn jaren geleden uit elkaar gegaan en de oude krijgsheer is, net als zijn
oorlogshonden, grijs geworden. Heer
Griffioen, die nu bekend staat als landheer Kam-Um leeft vredig op zijn
landgoed aan de rand van de orcse beschaving. Samen met zijn intendant Mo-Kua
is hij de laatste verdedigingslinie tegen een groot kwaad dat de 8 orcse
stammen van het eiland beschermt. Welk kwaad? Honderden jaren geleden verenigde
de zoon van een Orc en een half god het eiland van de Orcen. Na zijn dood
verdeelden zijn negen zonen het keizerrijk van de vader. De sluwste van de
broers, vervuld van afgunst en bezoedeld door het pact met een eeuwenoude
geest-demon, zette zijn broers zodanig tegen elkaar op dat de oorlog die volgde
het eiland bijna verscheurde. Toch zou
de sluwe Su-Gi uiteindelijk ten onder gaan. Als de dapperste van zijn zussen in
een poging de conflicten te doen stoppen de valse broer dodelijk kan verwonden,
ontsnapt de geest-demon. Alle veten
tussen de broers worden vergeten en samen trekken ze een magische barrière op
tegen de duistere krachten van de oude geest-demon. De oude barrière is
afgezwakt en de kleine dorpjes in de schaduw van de muur worden steeds vaker
getergd door aanvallen van Goels, duistere Orcen die onder invloed van de
geest-demon helemaal gek zijn geworden. Heer Griffioen is op zichzelf en zijn
intendant aangewezen, de shogun van Nio maakt geen aanstalten zijn land te
helpen verdedigen. Het is tijd om de meute weer bijeen te roepen. Maar zou
scheurtand, grauwdans, heraut en vrouwe vlinder zich hun oude geloften nog
kunnen herinneren?
Huurlingen is een pareltje. U leest dat goed. Een pareltje.
Een eiland vol met Orcen? Samoerai orcen? Een oude huurlingen meute die ondanks
alles zichzelf terug achter een vergeten banier schaart? Moet ik nog doorgaan? De Meute van de
Griffioen is een mix van shogun, spaghetti western en heeft een verhaallijn die
al in vele Hollywood films ten berde is gebracht. Het “Let’s get the gang back together”
effect werkt op het grote scherm (Ocean’s 11, The Rat pack, Unforgiven, Wyatt
Earp, etcetera) en in stripvorm is het om duimen en vingers bij af te likken.
Het verhaal staat sterk op zich en zou zich perfect met menselijke
hoofdpersonages kunnen uitrollen. Ik ben erg blij dat Jarry, Deplano en Fabris
voor Orcs gekozen hebben. Jarry kennen
we nog van Les Brumes D’asceltis (in
een mistig verleden nog vertaald en uitgegeven door Talent Uitgeverij) en het
meer recentere Blackwood. Jarry dist humor en fantasy op die door Italiaanse
meester Paolo Deplano van Wizards of The coast waardig artwork
voorzien wordt. Haal deze editie in huis en bestel meteen de volgende, dat ga
ik ook doen.